Instrumenten

Lamp

Een duiklamp maakt het verschil onder water of je iets ziet of niet. De kwaliteit van je duik hangt rechtstreeks af van de kwaliteit van je duiklamp. Je bent toch ondergedoken om iets te zien! Wel dan is de belichting van zeer groot belang. Enkele zaken om in overweging te nemen voor de aanschaf van een duiklamp:

Vermogen (Watt) (P = U x I ) Het vermogen van de lamp hangt af van de zichtbaarheid van het water en van je duikstijl. In water met een slechte zichtbaarheid zal je steeds dicht bij de bodem zwemmen en kan je goed belichten met 20 tot 30 watt. In zeer helder water is het een fantastische belevenis om het rif van enkele meters te bekijken. De gorgonen zijn zo'n 3 meter groot en dan ga je automatisch wat afstand nemen. Dan heb je een bredere spiegel nodig en om dan nog wat licht te hebben, heb je direct 50 to 100 watt nodig.

Brandduur Als je op vakantie bent ga je dikwijls twee of zelfs drie duiken doen op een dag. Het is belangrijk dat je je lamp minstens twee duiken kan gebruiken zonder tussendoor te laden. Dat wil zeggen zo'n 90 minuten. De brandduur hangt af van de hoeveelheid lading (Q) die de batterij kan bevatten en wordt meestal uitgedrukt in Ampère-uur (Ah). Uiteraard hangt het ook af van hoeveel watt je verbruikt. De brandduur van je lamp kan je berekenen door: duur = (Ah x U) / P waarbij U de spanning van de lamp is.

Spiegel Om in nauwe spleten te kijken heb je best een smalle spiegel; dwz dat het licht uitgestraald wordt in een zeer smalle bundel. Om in helder water een overzicht te krijgen heb je best een brede bundel (daar heb je wel heel wat meer watt voor nodig). Sommige lampen hebben een brede bundel met een heldere spot in het midden (Uk 800)

Plastic of aluminium behuizing Een plastic behuizing is veel goedkoper dan een aluminium behuizing en vaak ook sterker! Een nadeel aan plastic is dat het smelt als het te warm wordt en dat houdt in dat je tot maximaal 30 watt kan gaan in vermogen en dat je ze vaak niet uit het water mag laten branden. Vaak is ook de spiegel van plastic en dat schilfert af na enkele jaren omdat het rondom het lampje zeer heet wordt. Hierdoor kan niet al het licht weggestraald worden en wordt het nog heter dan anders. Zo ben je dringend aan een nieuwe spiegel toe of je kan om de 5 duiken een nieuw lampje steken (en die zijn ook niet goedkoop).

Lood of NiCd: De loodbatterijen zijn goedkoper, maar hebben enkele nadelen waardoor ze niet zoveel meer verkocht worden. Ze hebben een grotere zelfontlading (zonder te gebruiken zelfs om de drie maanden terug opladen) en ze zijn zeer gevoelig voor diepontlading. Diepontlading wil zeggen dat ze helemaal plat is en je ontlaad nog verder (je schakelaartje staat nog aan). Omdat als de batterij plat is zie je het lampje ook niet meer branden en dan weet je misschien niet of ze nu aan of uit staat. Een NiCd batterij gaat zo ook stuk, maar bij een loodaccu is dat een garantie. Een voordeel aan NiCd is dat je ziet wanneer de batterij bijna leeg is; het licht begint geleidelijk te minderen. Spaar dan je accu om je instrumenten te lezen en zet de lamp uit. Een belangrijk nadeel aan NiCd is het zogenaamde geheugeneffect. Dit wil zeggen dat als je aan accu die normaal één uur meegaat na elke duik van een half uur terug volledig oplaadt, dat ze op den duur slechts een capaciteit meer heeft van een half uur! Nochtans is het volgens sommige fabrikanten even slecht om ze volledig te ontladen zodat ze toch aanraden na elk gebruik opnieuw te laden. Sommige laders gaan om het geheugeneffect te vermeiden eerst de lamp ontladen vooraleer ze terug op te laden.

Oplaadduur: een batterij moet normaal gezien belast worden dat ze op ca 1 uur leeg is en 12 uur moet laden. 12 uur laden is soms lang en daarom zijn er snelladers op de markt. Bedenk daarbij dat hiermee de levensduur van de batterij sterk verkort wordt. Het kan in sommige omstandigheden echter een uitkomst bieden dat je accu op ca 5 uur al opgeladen is). Een goede lader zal als de accu opgeladen is overschakelen op druppellading; dwz dat de batterij vol blijft maar steeds blijft laden, ontladen, laden, ontladen... Het gaat hier maar om een druppeltje dus de batterij zit tjokvol maar blijft in beweging. Dit is zeer goed voor de batterij. Sommige laders geven een constante laadstroom en moeten van de batterij afgekoppeld worden als ze vol is. Sommige hebben zelfs geen lader maar een spanningsadapter! Dit toestel is helemaal niet geschikt om een batterij mee op te laden ondanks dat het wel werkt maar is zeker niet zo gezond voor de batterij.



Mes

Een duikmes is een verplicht uitrustingsstuk en kan je bevrijden uit een benarde situatie (netten, draden waarin je vast geraakt) Een duikmes is tevens een werktuig dat je als duiker steeds bij hebt. Let erop dat je tijdens het duiken je mes niet kan verliezen (dat gebeurt toch met je eerste mes, anders zou ik nog geen collectie hebben) maar dat je het langs da andere kant toch kan trekken als je het nodig hebt (bereikbaar). Voor fijne netten van tegenwoordig is een schaartje soms meer geschikt dan een mes. Een duikmes wordt gekenmerkt door een snijkant, een zaagkant en een draadsnijgleuf.


kompas

Een belangrijk instrument om je onder water te oriënteren is het kompas. Enkele belangrijke puntjes hierbij zijn:

Console of op de pols? Alle duikers die het aangeleerd hebben met console hebben het zeer moeilijk om om te schakelen op de pols en andersom hebben alle duikers die het aangeleerd hebben op de pols het moeilijk om om te schakelen naar console. De keuze is aan U, toch nog enkele belangrijke bemerkingen hierbij: De manometerslang wringt tegen als je de console echt recht voor je wil houden om je kompas af te lezen (hiervoor zijn er nu schuin afleesbare consoles). Als je je console niet vast hebt, hangt hij vaak over de bodem te ploegen zodat het kompas na een jaar niet meer afleesbaar is. (Hiervoor moet je zelf een systeem uitdokteren met een touwtje of zo) Mij lijkt het alleszins wat kerstboomachtig, maar ja ik heb het ook anders aangeleerd en waarschijnlijk daarom mijn vooroordelen. De twee gaan echter even goed! Nog één bemerking: op de pols komen alle instrumenten los te zitten als je op diepte komt omdat je pak door de druk dunner wordt. Hierdoor loop je kans je instrumenten te verliezen. Het bandje van het kompas is echter zeer eenvoudig bij te spannen.